07/1957 - 06/1964 | Rode Ster Belgrado |
01/1962 - 12/1962 | Bondscoach Joegoslavië |
07/1964 - 06/1967 | Standard Luik |
07/1968 - 06/1969 | Club Brugge |
07/1969 - 06/1971 | Club Luik |
07/1972 - 06/1974 | Athletic Bilbao |
07/1974 - 06/1975 | Benfica Lissabon |
07/1975 - 06/1977 | CD Malaga (2e & 1e) |
07/1977 - 02/1978 | FC Rouen |
02/1978 - 06/1978 | FK Vojvodina |
07/1978 - 06/1979 | Sporting Lissabon |
07/1980 - 06/1983 | Celta de Vigo |
07/1983 - 06/1984 | Español Barcelona |
05/1985 - 06/1986 | Standard Luik |
10/1987 - 03/1988 | Standard Luik |
De Joegoslaaf Pavic speelde bijna zijn ganse carrière voor Rode Ster Belgrado. Tijdens WOII was hij een tijdje krijgsgevangene. Hij werd in 1957 trainer van Rode Ster Belgrado.
Met de Joegoslaaf Milorad Pavic werd in 1968, na de tweede passage van Höfling een eerder merkwaardige trainerskeuze gemaakt door het clubbestuur. Het was de toenmalige technische directeur van Club Brugge Constant Vanden Stock die de Joegoslaaf had aangesteld als coach. Hij kreeg een contract van twee seizoenen, maar het werd er maar één. “Michel” Pavic (die naam kreeg hij bij Standard) haalde in de competitie maar een magere vijfde plaats. Met Stefan Reisch en Tom Turesson als buitenlandse versterking was de kern ongewijzigd gebleven. Hij verloor wel zijn rechtsachter Brian Hill die tijdens het seizoen zelfmoord pleegde en hij had de pech om in de 1/8e finales onfortuinlijk door Lierse SK te worden uitgeschakeld. Ook het tweede Europacup-avontuur eindigde al na één ronde tegen West Bromwich Albion. Na twee seizoenen Club Luik trok hij naar het buitenland. Hij keerde terug naar Standard in 1985 om er orde op zaken te stellen na de omkoopaffaire.
Na zijn trainerscarrière bleef hij nog een tijdje in België wonen, maar keerde dan terug naar zijn geboortestad Valjevo. Daar stierf hij in 2005.